Twintig verzen uit de cyclus Au Féminin
met een tekening van Susana Wald
De godin van
het dal sterft niet.
Voor ons is
zij het ondoorgrondelijke vrouwelijke.
– Lao Zi, Het boek van de Tao
De avond vleit zich op je schouders neer,
de hemel gaat over in het overzeese
en de vogel die afkomstig is van de eilanden
strekt een vleugel over je borsten,
een bonzende vleugel maar
die even zacht is als mijn hand
die van verre al zou trachten
de maan te vatten in zijn vingers,
de maan die haar dwaze stralen
tussen je lippen wilde laten glijden.
♡
Een traan, een druppeltje
zo zacht als een wolk,
wellicht een droom,
een schaduw in de nerven van
je gladde huid, een golfje
of een vleugel raakt je aan,
je zou die hand die langs zweeft
niet kunnen pakken maar de lucht
die bevolkt wordt door vliegentongetjes
voert je mee in een boot van lieve woordjes.
♡
Een concert omwikkeld met
de dampen van de zomerlucht,
de fluiten laten
slangen vrij, de hoorns
blazen warmte uit, maar
de avondcicaden
hebben hun fee geroepen,
zij komt voorbij, een streepje
licht dat het vallend duister
zojuist gespleten heeft.
♡
In haar fijnste uren schenkt
de gastvrouw van de sombere plaatsen,
die ervan houdt de storm tussen haar handen te voelen zwellen
en onder haar voeten een verschrikte aarde trillen,
uit de poriën van haar huid, zoals een traan, uitzinnige
geuren
en welluidende beloften in de wouden van haar hart,
trachtend in haar alcohol-salons
haar eenzame orgieën op te rakelen
samen met de tedere ontroeringen die zij op haar rustbank wacht.
♡
Op het zalige strand waar je nu loopt
hebben de bezweerde slangen
de maan gevraagd om in de
dromerige golving van je gedachten
haar natte kus te drukken
en jij liep weg, maar de schaduw
voor je heeft zich teruggetrokken,
de hartstochtelijke bries
getooid in haar onzichtbare bloemen,
windt zijn hongerige monden om je heen.
♡
De smaak van een roos
op de ijzige mist van een lip
met een nog niet gevormde
glimlach,
een begeerte om in het geraas te duiken
van een golf die uitvlakt
en de mantel van zand
een beetje te kreuken
waarop de wind bergen en
dalen tekent.
♡
Een eenhoorn kwam voorbij
vlak langs het venster,
een gebroken ruit
geeft de wind de kans
om onder de plooien
van dit strenge jasje
begeerte te wekken om te tonen –
tonen ja maar voor welke ogen?
dat wat je alleen aan je spiegel
had toegestaan te strelen,
♡
Benenspel op
vier voeten,
gevleugeld voeten-
spel, wie weet?
op hoge hakken die dansen
en de blote lijven
gespannen
op de snaren van de stilte
helemaal trillend
in een salon die schommelt.
♡
Hoe moet je een vervaagde
herinnering terugroepen
die nauwelijks de weemoed
van een slechts voorgenomen
liefkozing achterlaat,
van een vergeten woord,
de klank die vervluchtigt
in een mondhoek
als een stil wegkruipen
in de wind?
♡
Als er nu eens iemand
die je niet had uitgenodigd
zijn hand stak
onder je nu afwezige
bloeze,
en als die hand jou
gebaren, tranen, gedachten ontlokte,
en als jij je, geliefkoosd slachtoffer,
ineens gewonnen voelde door
die brutale hartstochtelijke vingers?
♡
De wind die vannacht opstak
gaf aan de slaperige wilde dieren
de liefste bloemen van
zijn dronkenschap
met hun helblauwe steeltjes
trillend ontsproten
uit het vaalbleke blond, verbaasd
geen jasjes meer te hebben
die geduldige vingers van feeën
hadden geweven rond hun kouwelijke natuur.
♡
Is het een schaduw
die naar je loert
zwarte bloem, verloren
in deze droeve kooi waar ze je bijna
naakt in hebben
gegooid?
maar handen hebben
voor jou de jurk genaaid
die, nauwelijks gesloten,
je nog naakter maakt
en die je trillend
overlevert aan een schaduw.
♡
Niets valt uit de toon, niets,
lieveling, mankeert er aan je, behalve
misschien één onvolmaaktheid
die onbeweeglijk is en klaar staat
om een prooi te kwellen
die je tot wanhoop hebt gedreven;
wil je, verknocht aan je eigen schatten
en niet van plan een parel weg te geven,
nog lang de poort
gesloten houden?
♡
Jij houdt wel van die liefkozende bloemen van zijde
die opklimmen tegen je hart,
die open gaan zoals handen die tasten
in de gaten van de tijd,
je houdt ervan onzekere wolken
te zien verglijden
in je ogen, die worden weerspiegeld
door een onbekende zee
die je klagend laat wiegen
in zijn deinende armen.
♡
Iets te braaf in het nauwsluitend wit,
bewust van zoveel dwaze plannen,
droom je wie deze deur
zou kunnen openen en dan oprijzen
als een vlam, en tussen zijn
handen van roze schuim
je geveinsde onschuld verzengen en
de diepe zucht
zou grijpen die aan je lippen ontsnapt
zoals een bloem ontluikt.
♡
Een dringende uitnodiging, maar morgen
is nog ver weg,
andere plannen kunnen nog komen
en ook die zijn even snel vergeten,
spelend met
de doorzichtige doornhaaien
die rakelings langs het schip schieten
waarop jij besloot je gedachten
te laten varen
op een zomernacht.
♡
Een geluid op de trap,
insecten van de zomer,
stappen in de salon,
snel een mantel om de schouders,
achter de gordijnen,
ongeduldige fantomen
die jij met gebaren bedwingt
en een paar mieren,
gewekt door je warmte,
nerveus in je rokken.
♡
Je draait je om, wel wetend
hoe aantrekkelijk je bent;
een ondeugende wesp komt
rondhangen boven je schoonheid,
als een geur strelen
zijn vleugels je huid
en jij gaat sereen een liefkozing
plukken van de maan,
een nachtkusje.
♡
Er werd geklopt, zou het
degene zijn die je niet verwachtte?
een koude luchtstroom onder je truitje,
als een intieme vriend, kleedt je uit
en nu ben je verkleumd
onder een onbekende hemel, verstoken
van je liefdes, van je wapens;
je zag het voorbij gaan
achter je gesloten ramen,
het blad, opgejaagd door de wind.
♡
Het licht speelt zonder schaamte
met je kanten hemdje
en legt op je borst
zijn lange schaduwlibellen.
Het licht, verdwaald in
je kanten hemdje
in de schaduw van je borsten,
laat zijn zwaluwen spelen.
Kantwerk van schaduw en van licht
ligt tenslotte op je borst.
♡♡♡
Vertaald uit
het Frans door Laurens Vancrevel
________________________
De bundel Au Féminin van Guy Cabanel (gedichten)
en Susana Wald (tekeningen) verscheen in september 2016 bij Éditions Sonámbula
te Montréal (Canada). Guy Cabanel is woonachtig in Saint-Lizier, een bergdorp
in de omgeving van Toulouse.
Vertalingen van ander werk verschenen in eerder
posts van Het Moment.
De uit Chili
afkomstige kunstenares Susana Wald woont sinds enige jaren in Oaxaca, Mexico.